Een bladgroente die van nature groeit op de slikken en schorren van de Waddenzee en in Zeeland op de grens van eb en vloed. Soms is het groene blad van de lamsoor lichtgrijs van kleur doordat de plant het overtollige zout uitscheidt; daar heeft de plant waarschijnlijk de naam lamsoor aan te danken.
Vroeger werd Lamsoor (Zulte) in Zeeland in het wild verzameld door arme mensen. Het voorjaar en het begin van de zomer is de beste oogsttijd. Lamsoor heeft zijn oorsprong aan de kustgebieden in Nederland, Engeland en Frankrijk.
Bewerken/bereiden
Lamsoor kan het beste kort gekookt worden (zonder zout). Lamsoor is in de groentela van de koelkast een paar dagen te bewaren.
Posts tonen met het label bladgroenten. Alle posts tonen
Posts tonen met het label bladgroenten. Alle posts tonen
vrijdag 16 april 2010
Zeekraal
Zeekraal lijkt op een soort minicactusje zonder stekels. Het bestaat uit knapperige stengeltjes met vertakkingen. Zeekraal groeit in het wild op ‘schorren’; het land vlak aan zee. Doordat het plantje zout opneemt, heeft het een zeer zilte, pittige smaak.
Teelt
De zeekraal heeft behoefte aan een biologische bodem met stikstof. De zaden rijpen in het najaar (september) in een droge, vochtige en goed gedraineerde bodem. De bloeitijd vindt plaats in augustus. De plant kan niet in schaduw groeien.
Consumptie
De zeekraal is te roerbakken of moet kort worden gekookt.
Bewaren/bewerken
Bij een temperatuur van 3oC is zeekraal gemiddeld 10 dagen houdbaar.
Voedingsstoffen
Voedingswaarde zeekraal per 100 gram:
Eiwit: 1.6 g
Koolhydraten: 1.6 g
Natrium: 0.8 g
Calcium: 40 mg
IJzer: 2 mg
Teelt
De zeekraal heeft behoefte aan een biologische bodem met stikstof. De zaden rijpen in het najaar (september) in een droge, vochtige en goed gedraineerde bodem. De bloeitijd vindt plaats in augustus. De plant kan niet in schaduw groeien.
Consumptie
De zeekraal is te roerbakken of moet kort worden gekookt.
Bewaren/bewerken
Bij een temperatuur van 3oC is zeekraal gemiddeld 10 dagen houdbaar.
Voedingsstoffen
Voedingswaarde zeekraal per 100 gram:
Eiwit: 1.6 g
Koolhydraten: 1.6 g
Natrium: 0.8 g
Calcium: 40 mg
IJzer: 2 mg
Witlof
Witlof behoort, samen met onder meer roodlof en andijvie, tot de familie van de cichorei-achtigen. De oorsprong van de bijzondere, licht bittere smaak van witlof ligt ook bij deze familie. Zijn mooie witte kleur krijgt witlof door de wortel van de witlofplant in het donker te laten uitlopen. Witlof werd bij toeval ontdekt door onze zuiderburen. In 1873 verscheen de groente op een tentoonstelling, doch het duurde tot 1913 voordat het product werd verkocht. Pas na 1930 werd witlof wat bekender en vanaf 1945 kon men spreken van een zekere populariteit.
Teelt
De witlofkrop groeit in het donker vanuit de wortel. Tot circa 1975 werd witlof vrijwel volledig onder de grond geteeld. Vanaf eind jaren zeventig werd steeds meer witlof geteeld op stromend water, ook wel 'proceswater' genoemd. Deze teeltmethode vindt nu voor 99% plaats. Bij deze teeltwijze wordt witlof in de open grond gezaaid. Tussen zaai- en oogstperiode van witlofwortels zit gemiddeld 20 weken. De rooiperiode van de witlofwortels is van begin augustus tot eind november. Het blad van de witlofwortel wordt op het land afgesneden, tot het groeibeginsel. Dit groeibeginsel blijft op de witlofwortel zitten, zodat dit tijdens de trek uit kan lopen tot een witlofkrop. De wortels worden vervolgens in containers vervoerd naar het teeltbedrijf. Hier worden de wortels gesorteerd, in kuubskisten verpakt en in de koelcel opgeslagen bij een temperatuur van -1 °C. Daar worden ze regelmatig besproeid met water waardoor een ijslaagje om de wortels ontstaat. Hierdoor wordt voorkomen dat de wortels uitdrogen en gaan uitlopen.
Onder gecontroleerde klimaatomstandigheden en in het donker kunnen in ongeveer 3 weken de witlofkroppen uit de wortels groeien. Dit heet forceren. Als de witlofkroppen in de trekbakken rijp zijn, wordt de witlofkrop van de wortel afgebroken, de vuile buitenbladeren verwijdert en in de verschillende lengtes en kwaliteiten gesorteerd.
Informatievideo over de witlofteelt. Deze video is opgenomen bij proefteler André Vollenberg uit Grubbenvorst.
Consumptie
Als u de bittere smaak van witloof wilt vermijden, verwijdert u de buitenste bladeren en snijdt u het uiteinde van de basis af. Vervolgens verwijdert u de kegelvormige kern. Een ander middel is een beetje suiker gebruiken bij de bereiding. Besprenkel het witloof met wat citroensap om de witte kleur te behouden.
Witloof kan u stomen, bakken, stoven of rauw gebruiken. Witloof is o.a. heerlijk bij vlees, vis, in salades, bij aperitiefhapjes, in soepen en stoofpot.
In Nederland eten we circa 3 kilo per hoofd van de bevolking, in Belgie, de bakermat van de witlof is dat ruim 2 x zoveel en Frankrijk zit tussen Nederland en Belgie in. Onze oosterburen, de Duitsers eten slechts 400 gram per hoofd. Hoe kunnen we de Duitsers verleiden om meer lekkere witlof te eten?
Bewaren/bewerken
U koopt het beste enkel stevig witloof met een mooie witte kleur. De top moet gesloten zijn.
Witloof bewaart u op een koele, donkere plaats, bijvoorbeeld in de groentelade van de koelkast. Als witloof aan licht wordt blootgesteld, wordt het vrij snel groen. Wanneer u witloof in een open papieren zak of een geperforeerde plastic zak op een koele plaats bewaart, blijft het ongeveer een week houdbaar.
In de winkels zie je steeds meer witlof verpakt in mooie folie. De verpakking is niet alleen mooi en te gebruiken voor recepten maar zorgt er ook voor dat het witlof langer goed blijft in de koelkast. Voordeel voor de consument, winkel en kweker is dat er minder weggegooid hoeft te worden en dat de kwaliteit constant goed blijft.
Voedingsstoffen
Voedingswaarden per 100 gram gekookte witlof zonder zout:
Energie: 53 KJ, 12 Kcal
Eiwit: 1.0 g
IJzer: 0.2 mg
Koolhydraten: 2.1 g
Natrium: 5 mg
Calcium: 21 mg
Vet: 0.0 g
Vezels:1.2 g
Vitamine C: 1 mg
Voedingswaarden per 100 gram rauwe witlof:
Energie: 53 KJ, 12 Kcal
Eiwit: 1.0 g
IJzer: 0.2 mg
Koolhydraten: 2.0 g
Natrium: 5 mg
Calcium: 17 mg
Vet: 0.0 g
Vezels:1.2 g
Vitamine C: 5 mg
Teelt
De witlofkrop groeit in het donker vanuit de wortel. Tot circa 1975 werd witlof vrijwel volledig onder de grond geteeld. Vanaf eind jaren zeventig werd steeds meer witlof geteeld op stromend water, ook wel 'proceswater' genoemd. Deze teeltmethode vindt nu voor 99% plaats. Bij deze teeltwijze wordt witlof in de open grond gezaaid. Tussen zaai- en oogstperiode van witlofwortels zit gemiddeld 20 weken. De rooiperiode van de witlofwortels is van begin augustus tot eind november. Het blad van de witlofwortel wordt op het land afgesneden, tot het groeibeginsel. Dit groeibeginsel blijft op de witlofwortel zitten, zodat dit tijdens de trek uit kan lopen tot een witlofkrop. De wortels worden vervolgens in containers vervoerd naar het teeltbedrijf. Hier worden de wortels gesorteerd, in kuubskisten verpakt en in de koelcel opgeslagen bij een temperatuur van -1 °C. Daar worden ze regelmatig besproeid met water waardoor een ijslaagje om de wortels ontstaat. Hierdoor wordt voorkomen dat de wortels uitdrogen en gaan uitlopen.
Onder gecontroleerde klimaatomstandigheden en in het donker kunnen in ongeveer 3 weken de witlofkroppen uit de wortels groeien. Dit heet forceren. Als de witlofkroppen in de trekbakken rijp zijn, wordt de witlofkrop van de wortel afgebroken, de vuile buitenbladeren verwijdert en in de verschillende lengtes en kwaliteiten gesorteerd.
Informatievideo over de witlofteelt. Deze video is opgenomen bij proefteler André Vollenberg uit Grubbenvorst.
Consumptie
Als u de bittere smaak van witloof wilt vermijden, verwijdert u de buitenste bladeren en snijdt u het uiteinde van de basis af. Vervolgens verwijdert u de kegelvormige kern. Een ander middel is een beetje suiker gebruiken bij de bereiding. Besprenkel het witloof met wat citroensap om de witte kleur te behouden.
Witloof kan u stomen, bakken, stoven of rauw gebruiken. Witloof is o.a. heerlijk bij vlees, vis, in salades, bij aperitiefhapjes, in soepen en stoofpot.
In Nederland eten we circa 3 kilo per hoofd van de bevolking, in Belgie, de bakermat van de witlof is dat ruim 2 x zoveel en Frankrijk zit tussen Nederland en Belgie in. Onze oosterburen, de Duitsers eten slechts 400 gram per hoofd. Hoe kunnen we de Duitsers verleiden om meer lekkere witlof te eten?
Bewaren/bewerken
U koopt het beste enkel stevig witloof met een mooie witte kleur. De top moet gesloten zijn.
Witloof bewaart u op een koele, donkere plaats, bijvoorbeeld in de groentelade van de koelkast. Als witloof aan licht wordt blootgesteld, wordt het vrij snel groen. Wanneer u witloof in een open papieren zak of een geperforeerde plastic zak op een koele plaats bewaart, blijft het ongeveer een week houdbaar.
In de winkels zie je steeds meer witlof verpakt in mooie folie. De verpakking is niet alleen mooi en te gebruiken voor recepten maar zorgt er ook voor dat het witlof langer goed blijft in de koelkast. Voordeel voor de consument, winkel en kweker is dat er minder weggegooid hoeft te worden en dat de kwaliteit constant goed blijft.
Voedingsstoffen
Voedingswaarden per 100 gram gekookte witlof zonder zout:
Energie: 53 KJ, 12 Kcal
Eiwit: 1.0 g
IJzer: 0.2 mg
Koolhydraten: 2.1 g
Natrium: 5 mg
Calcium: 21 mg
Vet: 0.0 g
Vezels:1.2 g
Vitamine C: 1 mg
Voedingswaarden per 100 gram rauwe witlof:
Energie: 53 KJ, 12 Kcal
Eiwit: 1.0 g
IJzer: 0.2 mg
Koolhydraten: 2.0 g
Natrium: 5 mg
Calcium: 17 mg
Vet: 0.0 g
Vezels:1.2 g
Vitamine C: 5 mg
Winterpostelein
De winterpostelein is een eenjarige plant die groeit in Noord-Amerika. Via Cuba is de plant naar West-Europa gekomen. Ze wordt in Engeland, Frankrijk, België, Nederland en Duitsland verbouwd als winterharde postelein, maar komt in al deze landen ook verwilderd voor. Vanwege de route via welke de plant in Europa arriveerde, wordt de plant in Duitsland o.a. Kubaspinat genoemd.
Teelt
Wie de plant wil telen kan in juni en juli zaaien waarbij de zaadhoeveelheid 10 gr/m2 bedraagt. Een onderlinge afstand van 10 centimeter tussen de rijen is gewenst. Voor de teelt onder glas moet in de tweede helft van augustus gezaaid worden, waarbij de eerste oogst in november en de tweede in maart valt. Reeds jonge planten kunnen in de herfst geoogst worden. Wanneer men het hart laat staan maakt de plant weer nieuwe bladeren. De oogst dient in maart afgesloten te worden voordat de plant gaat bloeien.
Het plantje heeft een sterke voorkeur voor zandige gronden en zal dus in tuinen met goede grond niet snel als onkruid woekeren. Wel stelt het eisen aan de vochtigheid: het heeft behoefte aan constant vochtige grond. De plant verwacht een zuurgraad tussen 6,1 en 7,8 pH.
Zaadteelt
Voor de teelt van zaad moet er half maart gezaaid worden. De bloei begint dan in juni tot in de herfst. De zaaddozen moeten voordat ze op de grond vallen geplukt en gedroogd worden.
Consumptie
Winterpostelein wordt rauw gegeten in salades of gekookt als spinazie.
Bewaren/bewerken
1 of 2 dagen houdbaar in de koelkast.
Voedingsstoffen
De voedingswaarde van 100 gram verse winterpostelein is:
Energetische waarde: 42 kJ
Koolhydraten: 1 gram
Eiwit: 1 gram
Vet: 0,2 gram
Vitamine C: 20 mg
Caroteen: 1,70 mg
Vitamine B1: 0,06 mg
Vitamine B2: 0,04 mg
Calcium: 130 mg
IJzer: 3 mg
Informatie video (engels talig) over winterpostelein
Teelt
Wie de plant wil telen kan in juni en juli zaaien waarbij de zaadhoeveelheid 10 gr/m2 bedraagt. Een onderlinge afstand van 10 centimeter tussen de rijen is gewenst. Voor de teelt onder glas moet in de tweede helft van augustus gezaaid worden, waarbij de eerste oogst in november en de tweede in maart valt. Reeds jonge planten kunnen in de herfst geoogst worden. Wanneer men het hart laat staan maakt de plant weer nieuwe bladeren. De oogst dient in maart afgesloten te worden voordat de plant gaat bloeien.
Het plantje heeft een sterke voorkeur voor zandige gronden en zal dus in tuinen met goede grond niet snel als onkruid woekeren. Wel stelt het eisen aan de vochtigheid: het heeft behoefte aan constant vochtige grond. De plant verwacht een zuurgraad tussen 6,1 en 7,8 pH.
Zaadteelt
Voor de teelt van zaad moet er half maart gezaaid worden. De bloei begint dan in juni tot in de herfst. De zaaddozen moeten voordat ze op de grond vallen geplukt en gedroogd worden.
Consumptie
Winterpostelein wordt rauw gegeten in salades of gekookt als spinazie.
Bewaren/bewerken
1 of 2 dagen houdbaar in de koelkast.
Voedingsstoffen
De voedingswaarde van 100 gram verse winterpostelein is:
Energetische waarde: 42 kJ
Koolhydraten: 1 gram
Eiwit: 1 gram
Vet: 0,2 gram
Vitamine C: 20 mg
Caroteen: 1,70 mg
Vitamine B1: 0,06 mg
Vitamine B2: 0,04 mg
Calcium: 130 mg
IJzer: 3 mg
Informatie video (engels talig) over winterpostelein
Veldsla
Veldsla is een slasoort die voornamelijk in de winter en in het voorjaar verkrijgbaar is. Het zijn kleine, donkergroene, lepelvormige slablaadjes die in trosjes groeien. De blaadjes hebben een zeer aromatische smaak.
Teelt
De professionele teelt vindt vooral plaats in Zuid-Holland (rond Barendrecht), Limburg en Zeeland. De teelt kan op 3 verschillende wijze worden uitgevoerd:
Vollegrond
Herfstteelt: breedwerpig of op rijen vanaf half augustus tot eind september zaaien. De rijafstand bedraagt 15 centimeter. Na het zaaien licht aanharken en de grond aandrukken. Na opkomst de planten uitdunnen tot 4 cm in de rij. Bij dichtere stand kan makkelijk smet (rot) optreden. Geoogst kan worden in december als de plantjes 10 cm hoog zijn. Later kunnen de planten doodvriezen.De opbrengst bedraagt ongeveer 1,5 kg/m².
Voorjaars- en zomerteelt: zaaien op rijen met een rijafstand van 15 cm. Na het zaaien licht aanharken en de grond aandrukken. Na opkomst de planten uitdunnen tot 4 cm in de rij. De opbrengst bedraagt ongeveer 1,5 kg/m².
Onder glas
Winterteelt: breedwerpig zaaien vanaf eind september tot eind oktober onder glas of platglas. Bij deze teelt wordt er niet uitgedund. Na het zaaien het zaad licht inharken en de grond aandrukken. Het zaaibed moet tot de opkomst vochtig gehouden worden. Ook wordt er wel op perspotjes gezaaid. Geoogst kan worden vanaf half november tot half februari. De opbrengst bedraagt ongeveer 1,5 kg/m².
Zaadteelt
De teelt van zaad werd gedaan op de duinzandgronden van Noord-Holland, vandaar de rasnaam 'Grote Noordhollandse'. In november en december werd op rijtjes met een rijafstand van 30 cm gezaaid en in de rij bedroeg de plantafstand 2 cm. In april en mei bloeiden de planten en in juli viel het rijpe zaad op de grond. Dit werd uit de grond gezeefd.
Consumptie
Veldsla kan zowel koud als warm gegeten worden bij slaatjes, voorgerechten, in soepen en bij vlees, vis of gevogelte. U kan veldsla ook goed gebruiken als garnering bij soep of omeletten. Snij daarvoor de blaadjes fijn zoals bij peterselie.
Bewaren/bewerken
Bij de aankoop zit de wortel vaak nog aan de blaadjes. Let er bij aankoop op dat de blaadjes frisgroen zijn.
Sla kunt u het beste in de groentelade van uw koelkast bewaren. Laat de sla echter niet in een gesloten verpakking zitten. Laat de bladeren van sla heel of scheur ze in stukjes. Snijd de sla beslist niet. Door scheuren blijft uw sla langer mooi en vers.
Voedingsstoffen
De voedingswaarden van 100 gram verse veldsla:
Energie: 85 kJ, 20 kcal
Eiwit: 2.0 g
IJzer: 4.0 mg
Koolhydraten: 3.0 g
Natrium: 15 mg
Calcium: 25 mg
Vet: 0.0 g
Vezels: 2.5 g
Vitamine C: 40 mg
De voedingswaarden van 100 gram gekookte veldsla zonder zout:
Energie: 136 kJ, 32 kcal
Eiwit: 3.0 g
IJzer: 4.0 mg
Koolhydraten: 5.0 g
Natrium: 15 mg
Calcium: 25 mg
Vet: 0.0 g
Vezels: 2.5 g
Vitamine C: 6 mg
Teelt
De professionele teelt vindt vooral plaats in Zuid-Holland (rond Barendrecht), Limburg en Zeeland. De teelt kan op 3 verschillende wijze worden uitgevoerd:
Vollegrond
Herfstteelt: breedwerpig of op rijen vanaf half augustus tot eind september zaaien. De rijafstand bedraagt 15 centimeter. Na het zaaien licht aanharken en de grond aandrukken. Na opkomst de planten uitdunnen tot 4 cm in de rij. Bij dichtere stand kan makkelijk smet (rot) optreden. Geoogst kan worden in december als de plantjes 10 cm hoog zijn. Later kunnen de planten doodvriezen.De opbrengst bedraagt ongeveer 1,5 kg/m².
Voorjaars- en zomerteelt: zaaien op rijen met een rijafstand van 15 cm. Na het zaaien licht aanharken en de grond aandrukken. Na opkomst de planten uitdunnen tot 4 cm in de rij. De opbrengst bedraagt ongeveer 1,5 kg/m².
Onder glas
Winterteelt: breedwerpig zaaien vanaf eind september tot eind oktober onder glas of platglas. Bij deze teelt wordt er niet uitgedund. Na het zaaien het zaad licht inharken en de grond aandrukken. Het zaaibed moet tot de opkomst vochtig gehouden worden. Ook wordt er wel op perspotjes gezaaid. Geoogst kan worden vanaf half november tot half februari. De opbrengst bedraagt ongeveer 1,5 kg/m².
Zaadteelt
De teelt van zaad werd gedaan op de duinzandgronden van Noord-Holland, vandaar de rasnaam 'Grote Noordhollandse'. In november en december werd op rijtjes met een rijafstand van 30 cm gezaaid en in de rij bedroeg de plantafstand 2 cm. In april en mei bloeiden de planten en in juli viel het rijpe zaad op de grond. Dit werd uit de grond gezeefd.
Consumptie
Veldsla kan zowel koud als warm gegeten worden bij slaatjes, voorgerechten, in soepen en bij vlees, vis of gevogelte. U kan veldsla ook goed gebruiken als garnering bij soep of omeletten. Snij daarvoor de blaadjes fijn zoals bij peterselie.
Bewaren/bewerken
Bij de aankoop zit de wortel vaak nog aan de blaadjes. Let er bij aankoop op dat de blaadjes frisgroen zijn.
Sla kunt u het beste in de groentelade van uw koelkast bewaren. Laat de sla echter niet in een gesloten verpakking zitten. Laat de bladeren van sla heel of scheur ze in stukjes. Snijd de sla beslist niet. Door scheuren blijft uw sla langer mooi en vers.
Voedingsstoffen
De voedingswaarden van 100 gram verse veldsla:
Energie: 85 kJ, 20 kcal
Eiwit: 2.0 g
IJzer: 4.0 mg
Koolhydraten: 3.0 g
Natrium: 15 mg
Calcium: 25 mg
Vet: 0.0 g
Vezels: 2.5 g
Vitamine C: 40 mg
De voedingswaarden van 100 gram gekookte veldsla zonder zout:
Energie: 136 kJ, 32 kcal
Eiwit: 3.0 g
IJzer: 4.0 mg
Koolhydraten: 5.0 g
Natrium: 15 mg
Calcium: 25 mg
Vet: 0.0 g
Vezels: 2.5 g
Vitamine C: 6 mg
Tuinmelde
De tuinmelde wordt ook wel bergspinazie of Franse spinazie genoemd. Het is een eenjarige bladgroente. De plant wordt 1 tot 2 meter hoog. Het blad wordt geoogst als de plant 20 centimeter hoog is.
Deze plant kan groeien op bijna alle grondsoorten. Er bestaan groenbladige en donkerroodbladige rassen. De plant kan in maart tot mei worden gezaaid, waarna er in juli en augustus van geoogst kan worden. De tuinmelde smaakt spinazieachtig en bevat veel ijzer.
Teelt
Teeltschema: zaaien in maart t/m augustus, oogsten in april t/m september
Consumptie
De tuinmelde kan op dezelfde manier als spinazie worden gekookt of rauw aan salades worden toegevoegd.
Deze plant kan groeien op bijna alle grondsoorten. Er bestaan groenbladige en donkerroodbladige rassen. De plant kan in maart tot mei worden gezaaid, waarna er in juli en augustus van geoogst kan worden. De tuinmelde smaakt spinazieachtig en bevat veel ijzer.
Teelt
Teeltschema: zaaien in maart t/m augustus, oogsten in april t/m september
Consumptie
De tuinmelde kan op dezelfde manier als spinazie worden gekookt of rauw aan salades worden toegevoegd.
Tetragonia
Tetragonia of Nieuw-Zeelandse spinazie is een eenjarige plant, die behoort tot de Posteleinfamilie, is op het einde van de 18e eeuw naar Europa gebracht. Het is de enige groente die geteeld wordt in de natuurlijk voorkomende vorm en heeft daardoor weinig last van ziekten. Het is geen familie van de spinazie (Spinacia oleracea). Een voordeel van Tetragonia is dat het arm is aan nitraat. Het houdt echter wel van warmte. Daarom verloopt de groei aanvankelijk traag en wordt pas in augustus de snelste groei bereikt.
Teelt
Het is een vertakte langzaamgroeiende plant met een ondiep wortelstelsel, die een voedselrijke grond en flink wat ruimte nodig heeft. De plantafstand is 100 bij 100 centimeter.
Consumptie
De driehoekige blaadjes zijn dik en vettig en worden op dezelfde manier bereid als spinazie.
Bewaren/bewerken
De tetragonia kan na de oogst 2-3 weken worden bewaard. De zaden zijn maximaal 5 jaar houdbaar.
Voedingsstoffen
Voedingswaarde 100 gram rauwe tetragonia is:
Energie: 14 kcal, 58.6 kJ
Koolhydraten: 8.7 g
Eiwit: 3.7 g
Vet: 1.7 g
Vitamine C: 30 mg
Vitamine B2: 0.1 mg
Vitamine B3: 0.5 mg
Vitamine B6: 0.3 mg
Calcium: 58 mg
IJzer: 0.8 mg
Magnesium: 39 mg
Fosfor: 28 mg
Kalium: 130 mg
Natrium: 130 mg
Zink: 0.4 mg
Koper: 0.1 mg
Mangaan: 0.6 mg
Selenium: 0.7 mcg
Teelt
Het is een vertakte langzaamgroeiende plant met een ondiep wortelstelsel, die een voedselrijke grond en flink wat ruimte nodig heeft. De plantafstand is 100 bij 100 centimeter.
Consumptie
De driehoekige blaadjes zijn dik en vettig en worden op dezelfde manier bereid als spinazie.
Bewaren/bewerken
De tetragonia kan na de oogst 2-3 weken worden bewaard. De zaden zijn maximaal 5 jaar houdbaar.
Voedingsstoffen
Voedingswaarde 100 gram rauwe tetragonia is:
Energie: 14 kcal, 58.6 kJ
Koolhydraten: 8.7 g
Eiwit: 3.7 g
Vet: 1.7 g
Vitamine C: 30 mg
Vitamine B2: 0.1 mg
Vitamine B3: 0.5 mg
Vitamine B6: 0.3 mg
Calcium: 58 mg
IJzer: 0.8 mg
Magnesium: 39 mg
Fosfor: 28 mg
Kalium: 130 mg
Natrium: 130 mg
Zink: 0.4 mg
Koper: 0.1 mg
Mangaan: 0.6 mg
Selenium: 0.7 mcg
Spinazie
Spinazie is een snelgroeiende, eenjarige bladgroente die al vroeg in het voorjaar beschikbaar is. Het is een oude groente die voor het eerst in Perzië geteeld werd.
Het woord spinazie is afkomstig van het Perzische woord اسفناج Esfenaj. Spinazie groeit over de gehele wereld met uitzondering van de tropische gebieden. Hoewel spinazie al eeuwen geteeld werd in China bereikte de plant Europa pas in 12e eeuw met de komst van de Moren in Spanje. In de 16e eeuw was spinazie nog een nieuwigheid in Italië, maar wel al ingeburgerd in Engeland. Het eerste gebruik bleef beperkt tot laxeermiddel. Het laxeereffect is te danken aan het hoge oxaalzuurgehalte.
Teelt
Spinazie is een eenjarig gewas dat in koel vochtig weer snel oogstbaar is. De groente heeft een vruchtbare, vochtige grond nodig. Het zaad van winterharde variëteiten wordt meestal in augustus of september gezaaid en kan op goed doorlatende bodems en onder bescherming van tunnels overwinteren. Tot mei kan de spinazie worden geoogst. Vorstgevoelige variëteiten kunnen vroeg in het voorjaar worden gezaaid.
Teeltschema
Lente: zaaien in maart/april, oogsten in mei/begin juni
Zomer: zaaien in april t/m juli, oogsten in mei t/m augustus
Herfst: zaaien in juli t/m september, oogsten in augustus t/m oktober
Winter: zaaien in eind augustus/september, oogsten in eind maart/april
Consumptie
Spoel eerst grondig in koud water tot alle zand weg gewassen is. Laat de spinazie vervolgens uitlekken of leg ze op een schone keukendoek. Verwijder de harde nerf. Vouw het blad in de lengte en trek het steeltje in de richting van de punt van het blad los.
Spinazie kan zowel rauw als gekookt gegeten worden. Ze smaakt heerlijk in salades met vinaigrette of als broodbeleg. Om de spinazie te koken volstaat het een beetje water toe te voegen en de pan met een deksel te sluiten. Laat dan uitlekken of duw het kookvocht uit de spinazie . Spinazie slinkt erg tijdens het koken, zodat u vertrekt van een groot volume om een kleine portie over te houden. Misreken u echter niet: 200 tot 300 gram rauwe spinazie per persoon is voldoende.
Spinazie kan u koken, in een klontje boter stoven of met andere groente roerbakken. Werk af met boter, geraspte belegen kaas, nootmuskaat, een beetje knoflook (geperst of poeder) of citroensap. Spinazie met een melksaus of met room is een klassieker. Spinazie is lekker bij kalfsvlees, gevogelte of vis. U kan spinaziesoep maken en verwerken in omelet en quiche. Spinazie is ook geschikt om vlees of vis mee op te vullen.
Een mooie presentatie levert deze werkwijze: sla een lapje vlees plat met een houten plankje, bedek het met blaadjes spinazie, leg er een geblancheerde wortel op, rol op en steek vast met een houten prikker. Laat in de oven of in de pan garen en snij de rol in schijfjes.
Spinazie is niet geschikt om achteraf op te warmen, want de bladeren bevatten nitraat. Bij opwarming wordt deze stof omgezet in nitriet en dit is schadelijk voor de gezondheid.
Bewaren/bewerken
Was de spinazie grondig en verwijder de dikke stelen. U kunt jongere bladeren goed rauw verwerken in salades. U kunt ze mengen met andere slabladeren om een contrast aan te brengen in smaak, structuur en kleur.
U kunt spinazie het best zo vers mogelijk eten. De kwaliteit van de bladeren loopt snel terug. Spinazie is in de groentela of koelkast 1-2 dagen te bewaren. Spinazie kan, nadat het gekookt is niet opnieuw worden opgewarmd! Spinazie kan wel worden ingevroren: blancheer een paar bladeren tegelijk en pers het water eruit. U kunt ingevroren spinazie maximaal een jaar bewaren.
Voedingsstoffen
Voedingswaarden per 100 gram gekookte spinazie zonder zout:
Energie: 70 kJ, 16 Kcal
Eiwit: 3.5 g
IJzer: 1.3 mg
Koolhydraten: 0.6 g
Natrium: 24 mg
Calcium: 149 mg
Vet: 0.0 g
Vezels: 3.3 g
Vitamine C: 6 mg
Het woord spinazie is afkomstig van het Perzische woord اسفناج Esfenaj. Spinazie groeit over de gehele wereld met uitzondering van de tropische gebieden. Hoewel spinazie al eeuwen geteeld werd in China bereikte de plant Europa pas in 12e eeuw met de komst van de Moren in Spanje. In de 16e eeuw was spinazie nog een nieuwigheid in Italië, maar wel al ingeburgerd in Engeland. Het eerste gebruik bleef beperkt tot laxeermiddel. Het laxeereffect is te danken aan het hoge oxaalzuurgehalte.
Teelt
Spinazie is een eenjarig gewas dat in koel vochtig weer snel oogstbaar is. De groente heeft een vruchtbare, vochtige grond nodig. Het zaad van winterharde variëteiten wordt meestal in augustus of september gezaaid en kan op goed doorlatende bodems en onder bescherming van tunnels overwinteren. Tot mei kan de spinazie worden geoogst. Vorstgevoelige variëteiten kunnen vroeg in het voorjaar worden gezaaid.
Teeltschema
Lente: zaaien in maart/april, oogsten in mei/begin juni
Zomer: zaaien in april t/m juli, oogsten in mei t/m augustus
Herfst: zaaien in juli t/m september, oogsten in augustus t/m oktober
Winter: zaaien in eind augustus/september, oogsten in eind maart/april
Consumptie
Spoel eerst grondig in koud water tot alle zand weg gewassen is. Laat de spinazie vervolgens uitlekken of leg ze op een schone keukendoek. Verwijder de harde nerf. Vouw het blad in de lengte en trek het steeltje in de richting van de punt van het blad los.
Spinazie kan zowel rauw als gekookt gegeten worden. Ze smaakt heerlijk in salades met vinaigrette of als broodbeleg. Om de spinazie te koken volstaat het een beetje water toe te voegen en de pan met een deksel te sluiten. Laat dan uitlekken of duw het kookvocht uit de spinazie . Spinazie slinkt erg tijdens het koken, zodat u vertrekt van een groot volume om een kleine portie over te houden. Misreken u echter niet: 200 tot 300 gram rauwe spinazie per persoon is voldoende.
Spinazie kan u koken, in een klontje boter stoven of met andere groente roerbakken. Werk af met boter, geraspte belegen kaas, nootmuskaat, een beetje knoflook (geperst of poeder) of citroensap. Spinazie met een melksaus of met room is een klassieker. Spinazie is lekker bij kalfsvlees, gevogelte of vis. U kan spinaziesoep maken en verwerken in omelet en quiche. Spinazie is ook geschikt om vlees of vis mee op te vullen.
Een mooie presentatie levert deze werkwijze: sla een lapje vlees plat met een houten plankje, bedek het met blaadjes spinazie, leg er een geblancheerde wortel op, rol op en steek vast met een houten prikker. Laat in de oven of in de pan garen en snij de rol in schijfjes.
Spinazie is niet geschikt om achteraf op te warmen, want de bladeren bevatten nitraat. Bij opwarming wordt deze stof omgezet in nitriet en dit is schadelijk voor de gezondheid.
Bewaren/bewerken
Was de spinazie grondig en verwijder de dikke stelen. U kunt jongere bladeren goed rauw verwerken in salades. U kunt ze mengen met andere slabladeren om een contrast aan te brengen in smaak, structuur en kleur.
U kunt spinazie het best zo vers mogelijk eten. De kwaliteit van de bladeren loopt snel terug. Spinazie is in de groentela of koelkast 1-2 dagen te bewaren. Spinazie kan, nadat het gekookt is niet opnieuw worden opgewarmd! Spinazie kan wel worden ingevroren: blancheer een paar bladeren tegelijk en pers het water eruit. U kunt ingevroren spinazie maximaal een jaar bewaren.
Voedingsstoffen
Voedingswaarden per 100 gram gekookte spinazie zonder zout:
Energie: 70 kJ, 16 Kcal
Eiwit: 3.5 g
IJzer: 1.3 mg
Koolhydraten: 0.6 g
Natrium: 24 mg
Calcium: 149 mg
Vet: 0.0 g
Vezels: 3.3 g
Vitamine C: 6 mg
Repelsteeltje
Repelsteeltje is al vanaf de middeleeuwen een bekende rauwkostgroente. Wortel en blad zijn te eten als rauwe groente in salades. De smaak van de wortel lijkt op radijs, maar dan zoet en opvallend zacht. Het blad is fijn en neutraal van smaak.
De plant is in Nederland beschermt en staat op de rode lijst.
Teelt
Voor de teelt van het repelsteeltje moet er gezaaid worden in mei. Vermeerderen is mogelijk door scheuren.
De plant is in Nederland beschermt en staat op de rode lijst.
Teelt
Voor de teelt van het repelsteeltje moet er gezaaid worden in mei. Vermeerderen is mogelijk door scheuren.
Raapstelen
Raapstelen, in de volksmond ook wel 'kelen' genoemd, is het jong geoogste blad van de Chinese kool of de meiknol. Raapstelen worden, afhankelijk van het type, met worteltjes geoogst of bij de grond afgesneden. De licht groene blaadjes zijn langwerpig en ingesneden. De groente heeft over het algemeen een pittige smaak, maar de pittigheid verschilt per ras. De groente is rijk aan mineralen en vitamines en bevat veel ijzer en vitamine C.
Teelt
Raapstelen worden hoofdzakelijk in de glastuinbouw gezaaid en vroeger ook onder platglas. Er kan vanaf eind oktober gezaaid worden en begin februari geoogst als het gewas 10 tot 25 cm lang is. Afhankelijk van het zaaitijdstip kan er tot in mei geoogst worden. Voor de liefhebber kan ook in de vollegrond gezaaid worden en geoogst tot september.
Teeltschema
Voorjaar: zaaien in maart/begin april, oogsten in april/mei. Herfst: zaaien in juli/augustus, oogsten in eind augustus t/m oktober
Consumptie
Raapstelen smaken rauw of gekookt heerlijk. Raapstelen als echte voorjaarsoep, als stamppot en in pastagerechten. Kook 1,5 tot 2 kg schoongemaakte (grof gesneden) raapsteeltjes met aanhangend water gaar in 10 tot 15 minuten. Verse gekookte raapsteeltjes kunnen gebonden worden met maïzena, enig nootmuskaat zal de smaak zeker verbeteren. Verse raapsteeltjes kunnen ook geserveerd worden met een Bechamelsaus of een roomsaus met een vleugje knoflook.
Bewaren/bewerken
Eet raapsteeltjes liefst zo vers mogelijk. Niet langer dan twee dagen bewaren in de koelkast, of gewikkeld in een vochtige doek. Raapsteeltjes worden meestal per bos verkocht. Snijd eerst de wortels af en verwijder dan het touw of elastiek. Voor de bereiding verse raapsteeltjes altijd heel goed wassen en uit laten lekken. Raapstelen kunt u het beste invriezen in de maanden april en mei. De blancheertijd is 1,5 minuut.
Voedingsstoffen
Voedingwaarden per 100 gram gekookte raapstelen zonder zout:
Energie: 85 KJ/ 20 kcal
Eiwit: 3.0 g
IJzer 3.0 mg
Koolhydraten: 2.0 g
Natrium: 100 mg
Calcium: 100mg
Vet: -
Vezels: 2.3 g
Vitamine C: 15 mg
Voedingswaarden per 100 gram rauwe raapstelen:
Energie: 51 KJ/ 12 kcal
Eiwit: 2.0 g
IJzer 3.0 mg
Koolhydraten: 1.0 g
Natrium: 100 mg
Calcium: 100mg
Vet: -
Vezels: 2.3 g
Vitamine C: 35 mg
Teelt
Raapstelen worden hoofdzakelijk in de glastuinbouw gezaaid en vroeger ook onder platglas. Er kan vanaf eind oktober gezaaid worden en begin februari geoogst als het gewas 10 tot 25 cm lang is. Afhankelijk van het zaaitijdstip kan er tot in mei geoogst worden. Voor de liefhebber kan ook in de vollegrond gezaaid worden en geoogst tot september.
Teeltschema
Voorjaar: zaaien in maart/begin april, oogsten in april/mei. Herfst: zaaien in juli/augustus, oogsten in eind augustus t/m oktober
Consumptie
Raapstelen smaken rauw of gekookt heerlijk. Raapstelen als echte voorjaarsoep, als stamppot en in pastagerechten. Kook 1,5 tot 2 kg schoongemaakte (grof gesneden) raapsteeltjes met aanhangend water gaar in 10 tot 15 minuten. Verse gekookte raapsteeltjes kunnen gebonden worden met maïzena, enig nootmuskaat zal de smaak zeker verbeteren. Verse raapsteeltjes kunnen ook geserveerd worden met een Bechamelsaus of een roomsaus met een vleugje knoflook.
Bewaren/bewerken
Eet raapsteeltjes liefst zo vers mogelijk. Niet langer dan twee dagen bewaren in de koelkast, of gewikkeld in een vochtige doek. Raapsteeltjes worden meestal per bos verkocht. Snijd eerst de wortels af en verwijder dan het touw of elastiek. Voor de bereiding verse raapsteeltjes altijd heel goed wassen en uit laten lekken. Raapstelen kunt u het beste invriezen in de maanden april en mei. De blancheertijd is 1,5 minuut.
Voedingsstoffen
Voedingwaarden per 100 gram gekookte raapstelen zonder zout:
Energie: 85 KJ/ 20 kcal
Eiwit: 3.0 g
IJzer 3.0 mg
Koolhydraten: 2.0 g
Natrium: 100 mg
Calcium: 100mg
Vet: -
Vezels: 2.3 g
Vitamine C: 15 mg
Voedingswaarden per 100 gram rauwe raapstelen:
Energie: 51 KJ/ 12 kcal
Eiwit: 2.0 g
IJzer 3.0 mg
Koolhydraten: 1.0 g
Natrium: 100 mg
Calcium: 100mg
Vet: -
Vezels: 2.3 g
Vitamine C: 35 mg
Postelein
Postelein is een oer-Hollandse groente maar doet met z'n fris zure smaak haast exotisch aan. De blaadjes van dit groene gewas zijn betrekkelijk klein, de helft van deze groente bestaat uit blad en de andere helft bladsteel. Er bestaat winter- en zomerpostelein. Winterpostelein is een teer plantje waaraan ruitvormig blaadjes zitten. Winterpostelein wordt meestal gebruikt voor salades of stampot. De zomer postelein is wat forser van structuur, de stengels en de blaadjes zijn vleziger, deze is geschikt om te koken.
Teelt
De kiemduur bedraagt 3 tot 7 dagen. Bij lage temperaturen zal het zaad slecht kiemen en de planten snel in het zaad schieten. Postelein verkiest vochthoudende humusrijke licht bodemtypes. Vermenigvuldiging vindt plaats door zaad. Een maand na het zaaien kunnen de eerste jonge blaadjes worden geplukt.
Teeltschema
Koud glas: zaaien in april t/m augustus, oogsten in mei t/m september. Volle grond: zaaien in mei t/m augustus, oogsten in juni t/m september
Consumptie
Maak de postelein schoon, was de groente en kook ze in een pan met het aanhangende water en een snufje zout in ongeveer 10 minuten gaar. Voeg een klontje boter toe en bind eventueel met maïzena of aardappelmeel. Verder te bereiden met Bechamelsaus, kaassaus en/of met paneermeel gratineren onder de grill.
Jonge bladeren zijn geschikt voor salades en vormen een uitstekende combinatie met riblappen, klapstuk, braadlappen, rollade, gehakt, karbonade, blinde vinken, varkenslappen, saucijzen en slavinken. Verder zijn de jonge posteleinbladeren lekker bij rode bieten, tuinbonen, nieuwe aardappelen, spinazie en tomaten. Een veelvoorkomend gerecht in het Midden-Oosten is fijngehakte postelein met een knoflook-yoghurtdressing bij gegrild vlees. Oudere bladeren kunt u geblancheerd als groente serveren.
Bewaren/bewerken
Postelein is knapperig vers het lekkerst. Zorgvuldig wassen, goed uit laten lekken en voor het koken (grof) snijden.
In de koelkast niet langer dan twee dagen bewaren. Beslist niet in een gesloten verpakking. Postelein kunt u het beste invriezen in de maanden juni, juli en augustus. De blancheertijd is 1,5 minuut.
Voedingsstoffen
Voedingswaarden per 100 gram gekookte postelein zonder zout:
Energie: 68 KJ, 16 Kcal
Eiwit: 2 g
IJzer: 3 mg
Koolhydraten: 2 g
Natrium: 30 mg
Calcium: 125 mg
Vet: -
Vezels: 2.5 g
Vitamine C: 4 mg
Voedingwaarden per 100 gram rauwe postelein:
Energie: 34 KJ, 8 Kcal
Eiwit: 1 g
IJzer: 3 mg
Koolhydraten: 1 g
Natrium: 30 mg
Calcium: 125 mg
Vet: -
Vezels: 2.5 g
Vitamine C: 20 mg
Teelt
De kiemduur bedraagt 3 tot 7 dagen. Bij lage temperaturen zal het zaad slecht kiemen en de planten snel in het zaad schieten. Postelein verkiest vochthoudende humusrijke licht bodemtypes. Vermenigvuldiging vindt plaats door zaad. Een maand na het zaaien kunnen de eerste jonge blaadjes worden geplukt.
Teeltschema
Koud glas: zaaien in april t/m augustus, oogsten in mei t/m september. Volle grond: zaaien in mei t/m augustus, oogsten in juni t/m september
Consumptie
Maak de postelein schoon, was de groente en kook ze in een pan met het aanhangende water en een snufje zout in ongeveer 10 minuten gaar. Voeg een klontje boter toe en bind eventueel met maïzena of aardappelmeel. Verder te bereiden met Bechamelsaus, kaassaus en/of met paneermeel gratineren onder de grill.
Jonge bladeren zijn geschikt voor salades en vormen een uitstekende combinatie met riblappen, klapstuk, braadlappen, rollade, gehakt, karbonade, blinde vinken, varkenslappen, saucijzen en slavinken. Verder zijn de jonge posteleinbladeren lekker bij rode bieten, tuinbonen, nieuwe aardappelen, spinazie en tomaten. Een veelvoorkomend gerecht in het Midden-Oosten is fijngehakte postelein met een knoflook-yoghurtdressing bij gegrild vlees. Oudere bladeren kunt u geblancheerd als groente serveren.
Bewaren/bewerken
Postelein is knapperig vers het lekkerst. Zorgvuldig wassen, goed uit laten lekken en voor het koken (grof) snijden.
In de koelkast niet langer dan twee dagen bewaren. Beslist niet in een gesloten verpakking. Postelein kunt u het beste invriezen in de maanden juni, juli en augustus. De blancheertijd is 1,5 minuut.
Voedingsstoffen
Voedingswaarden per 100 gram gekookte postelein zonder zout:
Energie: 68 KJ, 16 Kcal
Eiwit: 2 g
IJzer: 3 mg
Koolhydraten: 2 g
Natrium: 30 mg
Calcium: 125 mg
Vet: -
Vezels: 2.5 g
Vitamine C: 4 mg
Voedingwaarden per 100 gram rauwe postelein:
Energie: 34 KJ, 8 Kcal
Eiwit: 1 g
IJzer: 3 mg
Koolhydraten: 1 g
Natrium: 30 mg
Calcium: 125 mg
Vet: -
Vezels: 2.5 g
Vitamine C: 20 mg
Paksoi
Van oorsprong is paksoi, familie van de Chinese kool, afkomstig uit China en Oost-Azië en via emigratie van Chinezen over de hele wereld verspreid. Paksoi is een langwerpige, open bladkool met vaak niet meer dan acht tot tien grote groene bladeren en spierwitte nerven. De bladeren vormen geen hart, maar groeien op verschillende hoogten aan de stengel.
Paksoi komt oorspronkelijk uit Azië maar is al geruime tijd in Nederland verkrijgbaar en wordt hier ook geteeld. De smaak van de knapperige licht- tot donker groene bladeren lijkt op die van Chinese kool maar is iets pittiger.
Teelt
Tegenwoordig wordt paksoi het hele jaar door in Nederland geteeld. Paksoi kan vanaf half juli tot half augustus in volle grond worden geteeld. Paksoi wordt altijd in perspot opgekweekt. Doordat paksoi snel groeit en geen zware krop moet vormen kan die al na zes weken geoogst worden. Vanaf september wordt paksoi onder glas geteeld. Chinese koolsoorten, zoals paksoi, zijn in principe niet geschikt om te bewaren zoals rode of witte kool.
Teeltschema
Normaal: zaaien in juli/augustus, planten in augustus, oogsten in september/oktober. Ter plaatse: zaaien in juli/augustus, oogsten in eind september/oktober
Consumptie
De groente wassen en in fijne reepjes snijden. Reken voor 1 persoon 250 gram groente wanneer de groente gekookt wordt gegeven. Voor een salade is 150 gram per persoon genoeg.
De groente heeft qua smaak wat weg van Chinese kool. Paksoi is uitstekend te gebruiken in de Indische en Chinese keuken. Natuurlijk is paksoi ook goed rauw te eten.
Bewaren/bewerken
Het voetje wegsnijden. Paksoi is enkele dagen in de groentelade van de koelkast te bewaren. Paksoi kan ook ingevroren worden, blancheer de paksoi dan 2 minuten.
Voedingsstoffen
Voedingswaarden per 100 gram:
Energie: 48 KJ, 11 Kcal
Eiwit: 1.0 g
IJzer: 0.6 mg
Koolhydraten: 1.4 g
Natrium: 7 mg
Calcium: 54 mg
Vet: 0.2 g
Vezels: 1.2 g
Vitamine C: 21 mg
Paksoi komt oorspronkelijk uit Azië maar is al geruime tijd in Nederland verkrijgbaar en wordt hier ook geteeld. De smaak van de knapperige licht- tot donker groene bladeren lijkt op die van Chinese kool maar is iets pittiger.
Teelt
Tegenwoordig wordt paksoi het hele jaar door in Nederland geteeld. Paksoi kan vanaf half juli tot half augustus in volle grond worden geteeld. Paksoi wordt altijd in perspot opgekweekt. Doordat paksoi snel groeit en geen zware krop moet vormen kan die al na zes weken geoogst worden. Vanaf september wordt paksoi onder glas geteeld. Chinese koolsoorten, zoals paksoi, zijn in principe niet geschikt om te bewaren zoals rode of witte kool.
Teeltschema
Normaal: zaaien in juli/augustus, planten in augustus, oogsten in september/oktober. Ter plaatse: zaaien in juli/augustus, oogsten in eind september/oktober
Consumptie
De groente wassen en in fijne reepjes snijden. Reken voor 1 persoon 250 gram groente wanneer de groente gekookt wordt gegeven. Voor een salade is 150 gram per persoon genoeg.
De groente heeft qua smaak wat weg van Chinese kool. Paksoi is uitstekend te gebruiken in de Indische en Chinese keuken. Natuurlijk is paksoi ook goed rauw te eten.
Bewaren/bewerken
Het voetje wegsnijden. Paksoi is enkele dagen in de groentelade van de koelkast te bewaren. Paksoi kan ook ingevroren worden, blancheer de paksoi dan 2 minuten.
Voedingsstoffen
Voedingswaarden per 100 gram:
Energie: 48 KJ, 11 Kcal
Eiwit: 1.0 g
IJzer: 0.6 mg
Koolhydraten: 1.4 g
Natrium: 7 mg
Calcium: 54 mg
Vet: 0.2 g
Vezels: 1.2 g
Vitamine C: 21 mg
Molsla
Bladeren van de paardenbloem wordt molsla genoemd. Omdat vroeger in molshopen naar paardenbloembladeren werd gezocht heeft het blad de naam molsla gekregen. Molsla wordt alleen in specifieke (top)-restaurants gebruikt. Ze zijn te koop bij de betere groentehandel.
Consumptie
De jonge blaadjes van de molsla kunnen in het voorjaar worden gegeten in een salade, ook de bloemen zijn eetbaar. Het witte melksap is wel licht giftig, afkomstig uit de bovengrondse delen.
Bewaren/bewerken
Wortels van de paardenbloem worden overdwars in stukken van 8-15 cm gesneden. De algemene regel is dat de wortels worden gedroogd bij een temperatuur van 35-40 °C. Ze worden bewaard in papieren zakken of niet-plastic containers in een droge omgeving.
Voedingsstoffen
Voedingswaarde per 100 gram:
Energie: 228 kJ, 55 kcal
Eiwit: 2.7 g
Koolhydraten: 9.2 g
Vet: 0.7 g
Vezels: 1 g
Water: 84.4 g
Vitamine A: 0.20 mg
Vitamine B1: 0.20 mg
Vitamine B2: 0.30 mg
Vitamine B6: 0.30 mg
Vitamine C: 35 mg
Natrium: 80 mg
Kalium: 400 mg
Calcium: 180 mg
Fosfor: 65 mg
IJzer: 3.10 mg
Consumptie
De jonge blaadjes van de molsla kunnen in het voorjaar worden gegeten in een salade, ook de bloemen zijn eetbaar. Het witte melksap is wel licht giftig, afkomstig uit de bovengrondse delen.
Bewaren/bewerken
Wortels van de paardenbloem worden overdwars in stukken van 8-15 cm gesneden. De algemene regel is dat de wortels worden gedroogd bij een temperatuur van 35-40 °C. Ze worden bewaard in papieren zakken of niet-plastic containers in een droge omgeving.
Voedingsstoffen
Voedingswaarde per 100 gram:
Energie: 228 kJ, 55 kcal
Eiwit: 2.7 g
Koolhydraten: 9.2 g
Vet: 0.7 g
Vezels: 1 g
Water: 84.4 g
Vitamine A: 0.20 mg
Vitamine B1: 0.20 mg
Vitamine B2: 0.30 mg
Vitamine B6: 0.30 mg
Vitamine C: 35 mg
Natrium: 80 mg
Kalium: 400 mg
Calcium: 180 mg
Fosfor: 65 mg
IJzer: 3.10 mg
Kropsla
Kropsla is wellicht de bekendste en populairste slasoort in Nederland. Kropsla wordt door kenners en fijnproevers ook wel botersla genoemd. Die naam dankt deze sla aan zijn boterzachte en kruidige smaak. Kropsla bestaat uit een dichte krop van grote, brede bladeren. De sappige groene bladeren omsluiten een zacht hart.
De kropsla verdwijnt steeds meer uit de winkels doordat de ijsbergsla veel beter houdbaar is (zowel in de winkel als in de koelkast). 'Kropsla' en 'sla' hebben dezelfde betekenis.
Teelt
Er is onderscheid tussen zomer- en wintersla. Dat betekent dat sla het hele jaar door te verkrijgen is. In een serre kan al eind februari begonnen worden, terwijl het binnen bij kamertemperatuur al op 1 februari kan. Om de zaadjes hun werk te laten doen is het verstandig om er voor te zorgen dat elk zaadje een centimeter ruimte krijgt. Het buiten uitplanten, dat pas in april mogelijk is, moet op een beschutte plaats plaatsvinden. Voorzaaien is dan al begin maart gedaan.
Als je van plan bent om de gehele zomer sla te oogsten, zaai je ook begin mei, juni, juli en augustus. Kies dan voor een licht beschaduwde plaats, vlotte aanvoer van extra vocht en een stukje vochthoudende grond. Frisse temperaturen, vruchtbare, vochthoudende grond en water zijn belangrijk. Zorg om schimmels te voorkomen voor ruimte en verluchting. Geef alleen water in de voormiddag en bij zonneschijn.
Teeltschema
Lente: zaaien in februari/maart, planten in maart/april, oogsten in eind mei t/m begin juli
Zomer + herfst: zaaien in april t/m augustus, planten in mei t/m begin september, oogsten in juli t/m oktober
Winter: zaaien in september, planten in oktober, oogsten in maart/april
Consumptie
Kropsla is de traditionele basis voor een heerlijke salade en vormt van oudsher een uitstekende combinatie met gebakken aardappeltjes en biefstuk. Kropsla doet het eigenlijk goed bij iedere maaltijd. ‘s Ochtends en tussen de middag op een boterham of als gezond extraatjes tussen een belegd broodje. Maar ook heerlijk onder een plakje kaas of door een frisse maaltijdsalade.
De sla moet vers geoogst zijn, gespoeld, fijngesneden of klaargemaakt met grote, hele bladeren. Het wordt een heerlijke lichte maaltijd door vinaigrette (zie recepten), een stukje brood en wat kaas. De smaak van sla kan zoet, zacht, knapperig, krokant en soms een beetje bitter zijn.
Bewaren/bewerken
Het beste is om de sla in de groentelade van de koelkast te bewaren. Dan blijft een krop sla ongeveer 2 a 3 dagen goed. Het is belangrijk dat u de sla niet in de verpakking laat zitten.
Als u de sla schoonmaakt wees dan voorzichtig om beschadiging te voorkomen. Verwijder ook de lelijke bladeren. Scheur de de bladeren of laat ze heel, maar snij de sla beslist niet. De reden hiervoor is dat door scheuren de sla langer mooi en vers blijft.
Voedingsstoffen
Voedingswaarde sla per 100 gram:
Energie: 15 kcal, 62.8 kJ
Koolhydraten: 10.4 g
Vet: 1.3 g
Eiwit: 3.3 g
Water: 95.1 g
Vitamine C: 18 mg
Vitamine E: 0.3 mg
Thiamine (vitamine B1): 0.1 mg
Riboflavine (vitamine B2): 0.1 mg
Nicotinezuur (vitamine B3): 0.4 mg
Vitamine B6: 0.1 mg
Calcium: 36 mg
IJzer: 0.9 mg
Magnesium: 13 mg
Fosfor: 29 mg
Kalium: 194 mg
Natrium: 28 mg
Zink: 0.2 mg
Mangaan: 0.3 mg
De kropsla verdwijnt steeds meer uit de winkels doordat de ijsbergsla veel beter houdbaar is (zowel in de winkel als in de koelkast). 'Kropsla' en 'sla' hebben dezelfde betekenis.
Teelt
Er is onderscheid tussen zomer- en wintersla. Dat betekent dat sla het hele jaar door te verkrijgen is. In een serre kan al eind februari begonnen worden, terwijl het binnen bij kamertemperatuur al op 1 februari kan. Om de zaadjes hun werk te laten doen is het verstandig om er voor te zorgen dat elk zaadje een centimeter ruimte krijgt. Het buiten uitplanten, dat pas in april mogelijk is, moet op een beschutte plaats plaatsvinden. Voorzaaien is dan al begin maart gedaan.
Als je van plan bent om de gehele zomer sla te oogsten, zaai je ook begin mei, juni, juli en augustus. Kies dan voor een licht beschaduwde plaats, vlotte aanvoer van extra vocht en een stukje vochthoudende grond. Frisse temperaturen, vruchtbare, vochthoudende grond en water zijn belangrijk. Zorg om schimmels te voorkomen voor ruimte en verluchting. Geef alleen water in de voormiddag en bij zonneschijn.
Teeltschema
Lente: zaaien in februari/maart, planten in maart/april, oogsten in eind mei t/m begin juli
Zomer + herfst: zaaien in april t/m augustus, planten in mei t/m begin september, oogsten in juli t/m oktober
Winter: zaaien in september, planten in oktober, oogsten in maart/april
Consumptie
Kropsla is de traditionele basis voor een heerlijke salade en vormt van oudsher een uitstekende combinatie met gebakken aardappeltjes en biefstuk. Kropsla doet het eigenlijk goed bij iedere maaltijd. ‘s Ochtends en tussen de middag op een boterham of als gezond extraatjes tussen een belegd broodje. Maar ook heerlijk onder een plakje kaas of door een frisse maaltijdsalade.
De sla moet vers geoogst zijn, gespoeld, fijngesneden of klaargemaakt met grote, hele bladeren. Het wordt een heerlijke lichte maaltijd door vinaigrette (zie recepten), een stukje brood en wat kaas. De smaak van sla kan zoet, zacht, knapperig, krokant en soms een beetje bitter zijn.
Bewaren/bewerken
Het beste is om de sla in de groentelade van de koelkast te bewaren. Dan blijft een krop sla ongeveer 2 a 3 dagen goed. Het is belangrijk dat u de sla niet in de verpakking laat zitten.
Als u de sla schoonmaakt wees dan voorzichtig om beschadiging te voorkomen. Verwijder ook de lelijke bladeren. Scheur de de bladeren of laat ze heel, maar snij de sla beslist niet. De reden hiervoor is dat door scheuren de sla langer mooi en vers blijft.
Voedingsstoffen
Voedingswaarde sla per 100 gram:
Energie: 15 kcal, 62.8 kJ
Koolhydraten: 10.4 g
Vet: 1.3 g
Eiwit: 3.3 g
Water: 95.1 g
Vitamine C: 18 mg
Vitamine E: 0.3 mg
Thiamine (vitamine B1): 0.1 mg
Riboflavine (vitamine B2): 0.1 mg
Nicotinezuur (vitamine B3): 0.4 mg
Vitamine B6: 0.1 mg
Calcium: 36 mg
IJzer: 0.9 mg
Magnesium: 13 mg
Fosfor: 29 mg
Kalium: 194 mg
Natrium: 28 mg
Zink: 0.2 mg
Mangaan: 0.3 mg
IJsbergsla
IJsbergsla komt oorspronkelijk uit Californië en is geintroduceerd onder de naam "Iceberg". Deze naam kreeg de soort vanwege het transporteren van de sla per trein van de west naar de oostkust waarbij voor de houdbaarheid een berg ijs op de sla werd gedaan. De bladeren zijn lichtgroen van kleur en veelal iets doorzichtig. De bladeren vormen een gesloten krop, de randen kunnen krullend uiteen staan maar kunnen ook strak om de krop 'gevouwen' zijn.
Het is een heerlijke frisse slasoort waarbij de celstructuur van de bladeren veel water bevat, wat ijsbergsla zijn karakteristieke knapperige 'bijt' geeft. IJsbergsla heeft een frisgroene kleur en een stevige gesloten krop. Het is één van de meest veelzijdige slasoorten die verkrijgbaar is.
Teelt
Sinds 1981 is de beroepsteelt van ijsbergsla in Nederland op gang gekomen. De ijsbergsla wordt machinaal gezaaid in 4 centimeter perspotten en later uitgeplant bij een plantafstand van 35 x 35 centimeter, behalve in de herfstteelt waarbij 40 x 35 centimeter geplant wordt. De ijsbergsla verlangt een rijke luchtige bodem die tijdens de groei voortdurend vochtig moet blijven. Uitdroging heeft tot gevolg dat onvolgroeide kroppen al snel gaan doorschieten. Het zaad kiemt bij lage temperaturen.
Teeltschema
Lente: zaaien in eind februari t/m begin april, planten in april/mei, oogsten in juni/juli
Zomer: zaaien in april/mei, planten in mei t/m begin juli
Herfst: zaaien in juni/juli, planten in juli/begin augustus, oogsten in september/oktober
Consumptie
U kunt ijsbergsla behalve voor salades gebruiken om er een verrassende snack mee te maken door de grote bladeren van de krop te vullen met bijvoorbeeld een vlees- of vissalade en dan dicht te vouwen. Verder kunt u met ijsbergsla soep maken, stoven en smoren. Zelfs in roerbakgerechten komt ijsbergsla heerlijk tot z'n recht. Of gebruik eens de grote bladeren ter decoratie om bijvoorbeeld gehakt op te dienen.
Bewaren/bewerken
Om ijsbergsla schoon te maken haalt u de bladeren van de krop, wast u deze en laat u ze uitlekken en drogen. Het drogen kan in een sla mandje, een sla centrifuge of in een theedoek. Vervolgens plukt u de bladeren in hapklare stukjes, niet snijdendus. IJsbergsla wordt dan bruin en verlept op de snij randen.
U kunt ijsbergsla in de koelkast bijna een week bewaren, verpak de sla hievoor in huishoudfolie.
Voedingsstoffen
Voedingswaarde per 100 gram:
Energie: 12 kcal, 50 kJ
Vezels: 1.4 g
Koolhydraten: 2.09 g
Vet: 0.19 g
Eiwit: 1.01 g
Water: 95.89 g
Calcium: 19 mg
Vitamine C: 3.9 mg
Het is een heerlijke frisse slasoort waarbij de celstructuur van de bladeren veel water bevat, wat ijsbergsla zijn karakteristieke knapperige 'bijt' geeft. IJsbergsla heeft een frisgroene kleur en een stevige gesloten krop. Het is één van de meest veelzijdige slasoorten die verkrijgbaar is.
Teelt
Sinds 1981 is de beroepsteelt van ijsbergsla in Nederland op gang gekomen. De ijsbergsla wordt machinaal gezaaid in 4 centimeter perspotten en later uitgeplant bij een plantafstand van 35 x 35 centimeter, behalve in de herfstteelt waarbij 40 x 35 centimeter geplant wordt. De ijsbergsla verlangt een rijke luchtige bodem die tijdens de groei voortdurend vochtig moet blijven. Uitdroging heeft tot gevolg dat onvolgroeide kroppen al snel gaan doorschieten. Het zaad kiemt bij lage temperaturen.
Teeltschema
Lente: zaaien in eind februari t/m begin april, planten in april/mei, oogsten in juni/juli
Zomer: zaaien in april/mei, planten in mei t/m begin juli
Herfst: zaaien in juni/juli, planten in juli/begin augustus, oogsten in september/oktober
Consumptie
U kunt ijsbergsla behalve voor salades gebruiken om er een verrassende snack mee te maken door de grote bladeren van de krop te vullen met bijvoorbeeld een vlees- of vissalade en dan dicht te vouwen. Verder kunt u met ijsbergsla soep maken, stoven en smoren. Zelfs in roerbakgerechten komt ijsbergsla heerlijk tot z'n recht. Of gebruik eens de grote bladeren ter decoratie om bijvoorbeeld gehakt op te dienen.
Bewaren/bewerken
Om ijsbergsla schoon te maken haalt u de bladeren van de krop, wast u deze en laat u ze uitlekken en drogen. Het drogen kan in een sla mandje, een sla centrifuge of in een theedoek. Vervolgens plukt u de bladeren in hapklare stukjes, niet snijdendus. IJsbergsla wordt dan bruin en verlept op de snij randen.
U kunt ijsbergsla in de koelkast bijna een week bewaren, verpak de sla hievoor in huishoudfolie.
Voedingsstoffen
Voedingswaarde per 100 gram:
Energie: 12 kcal, 50 kJ
Vezels: 1.4 g
Koolhydraten: 2.09 g
Vet: 0.19 g
Eiwit: 1.01 g
Water: 95.89 g
Calcium: 19 mg
Vitamine C: 3.9 mg
Groenlof
Groenlof (Cichorium intybus var foliosum) is weer eens zo’n buitenbeentje dat alleen nog gratie krijgt bij de ‘alternatieve’ consument. De meeste kookboeken zijn het bestaan van deze groente vergeten of negeren het doelbewust. Onterecht, want wat bleek uit onze populariteitsmeting: groenlof valt redelijk goed in de smaak.
Groenlof is een bladgroente met spitse, langwerpige kroppen en groeit op elke grond (een lichte bemesting is voldoende). De plant is familie van witlof en andijvie en kan een klein beetje vorst verdragen, vandaar zeer geschikt voor najaarteelt.
Groenlof wordt meestal gestoofd. Verwijder de groene toppen en zo nodig de buitenbladeren. Hou je van een beetje bitter, laat ze er dan aan. Even stoven en daarna met een kaassausje gratineren of mengen in een aardappelpuree of hesprolletjes mee maken of gewoon puur... Rauw kan ook (in reepjes)! De groente kan lang bewaard worden in de koelkast, afgedekt om uitdroging te voorkomen.
Teelt
Teeltschema: zaaien in juni/juli, oogsten in augustus t/m begin november
Consumptie
Groenlof wordt meestal gestoofd. Verwijder de groene toppen en zo nodig de buitenbladeren. Houd u van een beetje bitter? laat ze er dan aan. Even stoven en daarna met een kaassausje gratineren of mengen in een aardappelpuree of hesprolletjes mee maken of gewoon puur. Rauw kan ook (in reepjes)!
Bewaren/bewerken
De groente kan lang bewaard worden in de koelkast, afgedekt om uitdroging te voorkomen.
Voedingsstoffen
De voedingswaarden van 100 gram verse groenlof:
Energetische waarde: 63 kJ, 15 kcal
Koolhydraten: 2 gram
Eiwit: 2 gram
Vet: 0,1 gram
Vitamine C: 15 mg
Caroteen: 0,95 mg
Vitamine B1: 0,03 mg
Vitamine B2: 0,08 mg
Calcium: 20 mg
IJzer: 1 mg
Bron: wassendemaan.be
Groenlof is een bladgroente met spitse, langwerpige kroppen en groeit op elke grond (een lichte bemesting is voldoende). De plant is familie van witlof en andijvie en kan een klein beetje vorst verdragen, vandaar zeer geschikt voor najaarteelt.
Groenlof wordt meestal gestoofd. Verwijder de groene toppen en zo nodig de buitenbladeren. Hou je van een beetje bitter, laat ze er dan aan. Even stoven en daarna met een kaassausje gratineren of mengen in een aardappelpuree of hesprolletjes mee maken of gewoon puur... Rauw kan ook (in reepjes)! De groente kan lang bewaard worden in de koelkast, afgedekt om uitdroging te voorkomen.
Teelt
Teeltschema: zaaien in juni/juli, oogsten in augustus t/m begin november
Consumptie
Groenlof wordt meestal gestoofd. Verwijder de groene toppen en zo nodig de buitenbladeren. Houd u van een beetje bitter? laat ze er dan aan. Even stoven en daarna met een kaassausje gratineren of mengen in een aardappelpuree of hesprolletjes mee maken of gewoon puur. Rauw kan ook (in reepjes)!
Bewaren/bewerken
De groente kan lang bewaard worden in de koelkast, afgedekt om uitdroging te voorkomen.
Voedingsstoffen
De voedingswaarden van 100 gram verse groenlof:
Energetische waarde: 63 kJ, 15 kcal
Koolhydraten: 2 gram
Eiwit: 2 gram
Vet: 0,1 gram
Vitamine C: 15 mg
Caroteen: 0,95 mg
Vitamine B1: 0,03 mg
Vitamine B2: 0,08 mg
Calcium: 20 mg
IJzer: 1 mg
Bron: wassendemaan.be
Brave Hendrik
Brave hendrik is een zeer oude inheemse groente. De naam brave hendrik is afgeleid van een plant die bekend staat als boze hendrik. De zaden van de Brave Hendrik worden in Duitsland gebruk om kippen te mesten, dus daar heet de plant "Vette Hen". De wortelen worden ook wel gebruikt om aan schapen te voeren die hoesten.
De brave hendrik komt voor op bewerkte, vochtige, zeer stikstofrijke grond rondom boerderijen, mesthopen en plekken waar geurineerd wordt.
Teelt
Voor de teelt van de brave hendrik moet er in de lente in goed losgemaakte grond worden gezaaid. De plant wordt 15 tot 60 centimeter hoog en bloeit van mei tot augustus met een vrij korte, sterk vertakte bloeiwijze. Het blad en de jonge scheuten kunnen worden geoogst.
Consumptie
Het puntige blad eten als spinazie, dus koken en afgieten. Serveren met een klontje boter. De jonge scheuten koken als asperges en op dezelfde wijze opdienen. Dit is zonder meer het beste stuk van de brave hendrik.
Bewaren/bewerken
Geplukte bladeren kunnen niet langer dan 1 dag bewaard worden.
Voedingsstoffen
De brave hendrik is bezit onder meer IJzer en vitamine C.
bron: groentenfruit.nl
De brave hendrik komt voor op bewerkte, vochtige, zeer stikstofrijke grond rondom boerderijen, mesthopen en plekken waar geurineerd wordt.
Teelt
Voor de teelt van de brave hendrik moet er in de lente in goed losgemaakte grond worden gezaaid. De plant wordt 15 tot 60 centimeter hoog en bloeit van mei tot augustus met een vrij korte, sterk vertakte bloeiwijze. Het blad en de jonge scheuten kunnen worden geoogst.
Consumptie
Het puntige blad eten als spinazie, dus koken en afgieten. Serveren met een klontje boter. De jonge scheuten koken als asperges en op dezelfde wijze opdienen. Dit is zonder meer het beste stuk van de brave hendrik.
Bewaren/bewerken
Geplukte bladeren kunnen niet langer dan 1 dag bewaard worden.
Voedingsstoffen
De brave hendrik is bezit onder meer IJzer en vitamine C.
bron: groentenfruit.nl
Bindsla
Bindsla of romeinse sla is een bladgroente die vooral in volkstuinen wordt geteeld, maar de beroepsteelt neem toe ter vervanging van ijsbergsla. Bindsla vormt tot 40 centimeter lange, langwerpige kroppen. Deze slasoort is bijzonder voedzaam. Eén krop bevat tot vijfmaal meer voedingsstoffen als een gewone kropsla. Bindsla was al 4000 jaar gelden bij de Egyptenaren bekend en werd voornamelijk in het Middellandse Zeegebied geteeld, maar wordt nu in heel Europa en in Noord-Amerika geteeld.
Vroeger werden de kroppen ongeveer tien dagen voor de oogst dichtgebonden voor het verkrijgen van geler gekleurde bladeren, vandaar de naam bindsla.
Het bekende caesarsalade (ceasar refereert aan de naam: romeinse sla) wat vooral in Amerika zeer populair is bestaat hoofdzakelijk uit deze bindsla.
Teelt
Er worden de volgende teeltwijzen onderscheiden: vroege teelt met oogst vanaf eind mei tot begin juli en zomerteelt met oogst vanaf half juli tot eind september. De plantafstand is 30 x 30 cm.
Vroege teelt:
Bij deze teelt wordt er vanaf februari tot eind maart onder glas gezaaid en buiten uitgeplant vanaf half maart tot eind april. De oogst vindt dan plaats vanaf eind mei tot begin juli.
Zomerteelt
Bij deze teelt wordt begin april tot eind juli gezaaid en uitgeplant vanaf begin mei tot half augustus. De oogst vindt dan plaats vanaf half juli tot eind september.
Consumptie
Bindsla kan zowel vers als gekookt worden gegeten.
Bewaren/bewerken
Bij een bewaartemperatuur tussen de 2 en 4 °C is de bindsla 1 tot 4 dagen houdbaar.
Voedingsstoffen
Voedingswaarden per 100 gram verse bindsla:
Energetische waarde: 79 kJ, 19 kcal
Koolhydraten: 3 gram
Eiwit: 1.4 gram
Vet: -
Vitamine C: 15 mg
Vitamine B1: 0.1 mg
Vitamine B2: 0.1 mg
Caroteen: 1.45 mg
Calcium: 35 mg
IJzer: 1 m
Vroeger werden de kroppen ongeveer tien dagen voor de oogst dichtgebonden voor het verkrijgen van geler gekleurde bladeren, vandaar de naam bindsla.
Het bekende caesarsalade (ceasar refereert aan de naam: romeinse sla) wat vooral in Amerika zeer populair is bestaat hoofdzakelijk uit deze bindsla.
Teelt
Er worden de volgende teeltwijzen onderscheiden: vroege teelt met oogst vanaf eind mei tot begin juli en zomerteelt met oogst vanaf half juli tot eind september. De plantafstand is 30 x 30 cm.
Vroege teelt:
Bij deze teelt wordt er vanaf februari tot eind maart onder glas gezaaid en buiten uitgeplant vanaf half maart tot eind april. De oogst vindt dan plaats vanaf eind mei tot begin juli.
Zomerteelt
Bij deze teelt wordt begin april tot eind juli gezaaid en uitgeplant vanaf begin mei tot half augustus. De oogst vindt dan plaats vanaf half juli tot eind september.
Consumptie
Bindsla kan zowel vers als gekookt worden gegeten.
Bewaren/bewerken
Bij een bewaartemperatuur tussen de 2 en 4 °C is de bindsla 1 tot 4 dagen houdbaar.
Voedingsstoffen
Voedingswaarden per 100 gram verse bindsla:
Energetische waarde: 79 kJ, 19 kcal
Koolhydraten: 3 gram
Eiwit: 1.4 gram
Vet: -
Vitamine C: 15 mg
Vitamine B1: 0.1 mg
Vitamine B2: 0.1 mg
Caroteen: 1.45 mg
Calcium: 35 mg
IJzer: 1 m
Andijvie
Andijvie is een eenjarig gewas, nauw verwant aan witlof en vrijwel het gehele jaar verkrijgbaar. In de wintermaanden en in het vroege voorjaar komt de andijvie uit de glastuinbouw, deze andijvie is veel zachter dan van de koude grond en heeft daardoor een kortere kooktijd.
Andijvie is een bladgroente die gekookt of rauw gegeten kan worden. Apart of als stamppot. Het gele hart smaakt heerlijk in een frisse salade.
In Nederland wordt ongeveer 700 hectare andijvie geteeld. Andijvie is van Nederlandse bodem hoofdzakelijk te krijgen in de periode half juni tot half november.
Teelt
Bij de plantenkweker worden vanuit zaadjes de andijvieplantjes gekweekt. Als deze voldoende groot zijn gaan ze naar de teler. Deze plant ze op ongeveer 30 centimeter van elkaar in de grond. Afhankelijk van het seizoen waarin ze groeien, kan de andijvie na 8 tot 12 weken worden geoogst. De plantjes zijn op dat moment uitgegroeid tot stronken van ongeveer een halve kilo (buitenteelt) tot 350 gram (glasteelt). Goede andijvie heeft een mooi geel hard met daar omheen gezonde groene bladeren.
Zaaitijd van Andijvie:
Voorjaarsteelt:
Koude kas: half febr - half april
Platglas: half febr - half maart
Zomerteelt:
mei - augustus
Herfstteelt:
Open grond: half juli - eind juli
Platglas: half juli - augustus
Koude kas: augustus
Winterteelt:
Warme kas: eind augustus - half september
Koude kas: eerste helft september
Platglas: eerste helft september
Consumptie
Andijvie kan zowel gekookt als rauw worden gegeten. Andijvie moet voor gebruik goed gespoeld worden. Er kan nogal wat zand tussen de bladeren blijven zitten. Meermaals spoelen is dus raadzaam. Zorg er voor dat de harde nerf verwijderd wordt als de andijvie als sla geserveerd wordt. Snij de andijvie klein voor warme bereidingen. Andijvie kan op dezelfde wijze bereid worden als diverse koolsoorten.
Bewaren/bewerken
Een krop andijvie kan, onverpakt, een paar dagen in de groentela van uw koelkast worden bewaard. Bij schoongemaakte en voorgesneden andijvie staat de uiterste verkoopdatum op de verpakking. Gekrulde andijvie is kwetsbaarder kan minder lang bewaard worden. Andijvie kan ingevroren worden. De blancheertijd is drie minuten.
Voedingsstoffen
Voedingswaarden per 100 gram rauwe andijvie:
Energie: 22 KJ, 5 Kcal
Eiwit: 1.0 g
Ijzer: 0.8 mg
Koolhydraten: 0.3 g
Natrium: 29 mg
Calcium: 41 mg
Vet: -
Vezels: 2.8 g
Vitamine C: 4 mg
Voedingswaarden per 100 gram gekookte andijvie zonder zout:
Energie: 43 KJ, 10Kcal
Eiwit: 1,5 g
IJzer: 0,6 mg
Koolhydraten: 1,0 g
Natrium: 30 mg
Calcium: 59 mg
Vet: -
Vezels: 4,5 g
Vitamine C: -
Andijvie is een bladgroente die gekookt of rauw gegeten kan worden. Apart of als stamppot. Het gele hart smaakt heerlijk in een frisse salade.
In Nederland wordt ongeveer 700 hectare andijvie geteeld. Andijvie is van Nederlandse bodem hoofdzakelijk te krijgen in de periode half juni tot half november.
Teelt
Bij de plantenkweker worden vanuit zaadjes de andijvieplantjes gekweekt. Als deze voldoende groot zijn gaan ze naar de teler. Deze plant ze op ongeveer 30 centimeter van elkaar in de grond. Afhankelijk van het seizoen waarin ze groeien, kan de andijvie na 8 tot 12 weken worden geoogst. De plantjes zijn op dat moment uitgegroeid tot stronken van ongeveer een halve kilo (buitenteelt) tot 350 gram (glasteelt). Goede andijvie heeft een mooi geel hard met daar omheen gezonde groene bladeren.
Zaaitijd van Andijvie:
Voorjaarsteelt:
Koude kas: half febr - half april
Platglas: half febr - half maart
Zomerteelt:
mei - augustus
Herfstteelt:
Open grond: half juli - eind juli
Platglas: half juli - augustus
Koude kas: augustus
Winterteelt:
Warme kas: eind augustus - half september
Koude kas: eerste helft september
Platglas: eerste helft september
Consumptie
Andijvie kan zowel gekookt als rauw worden gegeten. Andijvie moet voor gebruik goed gespoeld worden. Er kan nogal wat zand tussen de bladeren blijven zitten. Meermaals spoelen is dus raadzaam. Zorg er voor dat de harde nerf verwijderd wordt als de andijvie als sla geserveerd wordt. Snij de andijvie klein voor warme bereidingen. Andijvie kan op dezelfde wijze bereid worden als diverse koolsoorten.
Bewaren/bewerken
Een krop andijvie kan, onverpakt, een paar dagen in de groentela van uw koelkast worden bewaard. Bij schoongemaakte en voorgesneden andijvie staat de uiterste verkoopdatum op de verpakking. Gekrulde andijvie is kwetsbaarder kan minder lang bewaard worden. Andijvie kan ingevroren worden. De blancheertijd is drie minuten.
Voedingsstoffen
Voedingswaarden per 100 gram rauwe andijvie:
Energie: 22 KJ, 5 Kcal
Eiwit: 1.0 g
Ijzer: 0.8 mg
Koolhydraten: 0.3 g
Natrium: 29 mg
Calcium: 41 mg
Vet: -
Vezels: 2.8 g
Vitamine C: 4 mg
Voedingswaarden per 100 gram gekookte andijvie zonder zout:
Energie: 43 KJ, 10Kcal
Eiwit: 1,5 g
IJzer: 0,6 mg
Koolhydraten: 1,0 g
Natrium: 30 mg
Calcium: 59 mg
Vet: -
Vezels: 4,5 g
Vitamine C: -
Abonneren op:
Posts (Atom)