Teunisbloem

De teunisbloem is oorspronkelijk afkomstig uit Noord- en Zuid-Amerika, maar ondertussen ingeburgerd in veel landen. De plant bestaat uit gele bloemen met vier kroonbladen en bloeit in de zomermaanden. Ze is vooral te vinden op zandgronden als wegbermen, duinen e.d. Tijdens de Tweede Wereldoorlog zijn de bladeren gebruikt als tabak. Vooral in de nacht wordt de teunisbloem bezocht door insecten.

Teelt
In de herfst of het vroege voorjaar zaaien, ongeveer een halve centimeter diep. Nadat de plant is opgekomen uitdunnen of verspenen tot 20 cm afstand. Vanaf oktober oogsten. De vertakte knollen rooien, maar er ook een paar laten zitten voor het volgende jaar.

Consumptie
Jonge wortels kunnen als groente worden gegeten en de scheuten als salade.
 
Bewaren/bewerken
De capsules dienen bij kamertemperatuur (15-25 °C), uit de zon en buiten het bereik van kinderen bewaard te worden. De houdbaarheidsdatum staat op de verpakking.
 
Voedingsstoffen
De teunisbloem bevat 550 mg olie met 72% linolzuur. Capsulemateriaal: gelatine, glycerine en water.