De cashew-appel is de vrucht van de cashew een struik van een tot 15 meter hoge, laag vertakte, groenblijvende boom. De zaad van deze boom c.q. struik is de cashewnoot.
De cashew-appel is de vruchtsteel die bij rijping sterk opzwelt en als een 5-10 cm grote, peervormige, geel- of roodschillige, zachtvlezige, sappige, aromatisch zoetzure, fruitig geurende schijnvrucht bovenop de eigenlijke vrucht (met daarin de cashewnoot) zit.
De cashew-appel is in tegenstelling tot de noot niet giftig en kan direct rauw van de boom worden gegeten. Deze is vitamine C-rijk en kan ook worden gekookt en worden verwerkt tot jam, gelei of siroop. Van het zoetzure sap wordt frisdrank gemaakt en lokaal ook wijn (caju-wijn) en azijn.
Omdat de cashew-appel na het plukken maar enkele dagen houdbaar is, wordt hij in tegenstelling tot de cashewnoot nooit geëxporteerd. Het sap wordt echter wel geëxporteerd en kan in Nederland onder andere in Chinese supermarkten worden gekocht.
donderdag 22 april 2010
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten